Amandus Lundqvist: ‘Zonder geld geen wetenschapsagenda’

Stuur ons een bericht


We proberen binnen 2 werkdagen te reageren.
Verder gelden deze spelregels.
Annuleren
? Contact
18-01-2017

Het nieuwe kabinet moet 1 miljard per jaar vrijmaken voor de uitvoering van de wetenschapsagenda, zegt Amandus Lundqvist, boegbeeld van de topsector high tech. ‘Willen we van Nederland een innovatief topland maken, dan moeten we investeren.’

 

Wordt er dan niet voldoende geïnvesteerd in de uitwerking van de wetenschapsagenda?

‘Er is door dit kabinet 30 miljoen beschikbaar gesteld voor de wetenschapsagenda, maar dat is eigenlijk niet meer dan een injectie. Relatief klein bier dus. Dat is overigens ook nog eens geen nieuw geld. Als je Nederland naar een next level wilt tillen, op maatschappelijk, economisch en wetenschappelijk gebied, dan moeten we aan de slag. In de landen om ons heen wordt veel meer geïnvesteerd, terwijl in Nederland de afgelopen jaren een behoorlijk scherp bezuinigingsbeleid is gevoerd.’

 

Over wat voor investering hebt u het dan?

‘Eén miljard per jaar bijvoorbeeld, waarvan 50 procent aan thematisch onderzoek en 50 procent aan vrij onderzoek. Dan kun je de wetenschapsagenda ook daadwerkelijk uitvoeren. De afgelopen zes jaar heeft het huidige kabinet investeringen in onderzoek en innovatie verwaarloosd. Tegen alle politieke partijen zeg ik daarom: jullie moeten investeren! De wetenschapsagenda wordt immers breed gedragen door alle kennisinstellingen en het bedrijfsleven. De meeste partijen hebben in hun programma opgenomen dat Nederland meer moet investeren in innovatie, alleen D66 heeft ook daadwerkelijk een bedrag genoemd. Dit moet daarom een punt zijn waar men het over eens wordt tijdens de onderhandelingen.’

 

‘Onderzoek is verwaarloosd door dit kabinet’

 

Wat moet de wetenschapsagenda opleveren?

‘De vraagstukken die zijn vastgesteld in de wetenschapsagenda, gaan de hele maatschappij aan. Denk bijvoorbeeld aan de energietransitie, vraagstukken over schoon water of over slimme mobiliteit. Die zijn ook belangrijk voor het bedrijfsleven, dat samenwerkt met kennisinstellingen om een antwoord op deze vraagstukken te krijgen. Zo krijgen bedrijven toegang tot wat ik ‘kennis op pootjes’ noem. Hoe goed dat werkt, hebben we al kunnen zien in het succesvolle topsectorenbeleid, waarbij bedrijven en kennisinstellingen elkaar goed kunnen vinden en samenwerkingen aan gaan. Dat kan verbonden worden met de wetenschapsagenda.’

 

Hebben we het topsectorenbeleid nog wel nodig dan?

‘Ja, zeker. Bedrijven en kennisinstellingen zijn nu op elkaar ingespeeld, het beleid is buitengewoon succesvol. Zo’n zelfde aanpak moet de wetenschapsagenda krijgen. Ga dat wiel nou niet opnieuw uitvinden, denk ik dan. Dat zou typisch iets zijn wat Haagse politici in hun ivoren toren bedenken. Als het bedrijfsleven en de kenniswereld zeggen dat we hiermee door moeten gaan, dan moet je dat niet beter gaan weten. Maar je kunt het topsectorenbeleid wel bijsturen, meer richting maatschappelijke uitdagingen. En de sustainable development goals van de VN erin meenemen.’

 

Wat is het doemscenario voor de wetenschapsagenda?

‘Uiteindelijk toch dat er te weinig geld beschikbaar is. Kijk, het moet wel enige omvang hebben om succesvol te zijn. Eén miljard per jaar is wat er echt nodig is. Anders missen we de boot. Je kunt gewoon niet in een moderne maatschappij zeggen dat je hoog wilt scoren in ranglijstjes en dan niet willen investeren. Hoe dat geld er komt, vind ik niet zo belangrijk, maar het lijkt me evident dat ook bijvoorbeeld ministeries als Volksgezondheid en Infrastructuur en Milieu mee gaan doen. Een veerkrachtige samenleving is ook belangrijk voor VWS en slimme mobiliteit voor I&M.'

Judith Katz
eindredacteur Forum
+31 70 3490 162