Wanneer houdt de wet gemeenten eindelijk in toom?

Stuur ons een bericht


We proberen binnen 2 werkdagen te reageren.
Verder gelden deze spelregels.
Annuleren
? Contact
03-07-2014

De burgemeester als uitbater van de plaatselijke jachthavens of vuilnisophaalbaas? De politiek beloofde ervoor te zorgen dat de overheid niet zomaar meer in het vaarwater van ondernemers zit. Maar twee jaar na de invoering lijkt dat mislukt. 'De gemeente concurreert van mijn belastinggeld.' 

 

'Campinkje spelen', noemt Bert Post van brancheorganisatie Recron het wanneer gemeenten zelf kampeerplekken aanbieden aan toeristen. Lucratieve business, want kampeerders die vlakbij een stad verblijven geven gemiddeld zo'n 65 euro per dag uit in de omgeving. Des te aantrekkelijker om zulke plaatsen dan te realiseren in een haven of vlakbij het centrum van een stad. Vinden toeristen tenslotte ook leuk, vooral als die plekken dan ook nog eens gratis zijn of voor een klein prijsje worden aangeboden. Voor uitbaters van campings en recreatieparken is het echter broodroof.

Ook de Oost-Groningse gemeente Oldambt leek dat wel wat, campinkje spelen en daarmee concurreren met de eigen ondernemers. Een paar ton wordt de komende maanden geïnvesteerd in kampeerplaatsen bij de jachthaven. Rommie Smids, eigenaar van Camping De Bouwte in Midwolda, zucht eens diep voordat ze vertelt: 'Blauwestad is een gebied met potentie, maar zelfs in het hoogseizoen zitten mijn camping en die van collega's niet vol. Dan is het ongelofelijk jammer dat de gemeente iets gaat realiseren waar gewoonweg geen behoefte aan is. Daar zijn wij ondernemers de dupe van.'

 

Onder kostprijs mag

De Wet Markt en Overheid steunt ondernemers tegen gemeenten die zulke capriolen uithalen. Op 1 juli 2012 ging de wet al in, met een overgangsperiode die dit jaar afloopt. Overheden die de boer opgaan, moeten nu de integrale kostprijs in rekening brengen bij afnemers om zo te zorgen voor een gelijk speelveld voor ondernemer en overheid.

Toch is ontsnappen aan het doorrekenen van kosten aan afnemers mogelijk. Door een activiteit, zoals het uitbaten van een parkeergarage of fietsenstalling, toe te dichten aan het algemeen belang, mag een gemeente iets aanbieden onder de kostprijs. Dat kan een sporthal zijn, maar evengoed een jachthaven, zolang de gemeente het maar kan motiveren. In de laatste weken voor 1 juli hebben veel gemeenten in allerijl nog een raadsvoorstel in elkaar gedraaid met een lijstje vrijgestelde activiteiten. Daar lijkt het in elk geval sterk op: uit een steekproef van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) bleek dat het overgrote deel van de gemeenten in februari nog niks met de wet gedaan had.

 

Ondernemer lege handen

Leidt dat tot willekeur, zodat ondernemers alsnog met lege handen komen te staan? 'Dat is wel mijn vrees, ja', zegt Koert van Buiren van SEO economisch onderzoek, het bureau dat onder meer onderzoek doet naar problemen tussen markt en overheid. 'Als overheid moet je in het kader van de zorgvuldige afweging die de ACM voorschrijft, grondig onderzoeken hoe de markt functioneert zonder overheid als aanbieder. Pas daarna mag het besluit genomen worden over de rol van de overheid. Pas bij marktfalen kan sprake zijn van een algemeen belang dat door de overheid moet worden geborgd. Vaak gaat het om hele kleine activiteiten, maar die kunnen voor ondernemers grote consequenties hebben.' Gezien de grote haast die veel gemeenten moesten maken, is het daarom niet waarschijnlijk dat ze hun activiteiten grondig hebben doorgelicht, denkt Van Buiren.

 

Gemeente bepaalt het zelf

En wat dan valt onder algemeen belang, dat mogen overheden zelf bepalen. Daarvoor geeft de wet ze veel te veel ruimte. 'Een slager die zijn eigen vlees keurt', merkt advocaat Martijn Jongmans van Banning Advocaten op. 'En de grap is dan ook nog dat de gemeenteraad zélf moet vaststellen welke activiteiten onder het algemeen belang vallen. Dat zou veel nauwkeuriger geformuleerd kunnen worden in de wet.' 

Ook advocaat Mirjam Litjens van Rein Advocaten & Adviseurs wijst erop dat, in de raadsvoorstellen die zij gezien heeft, gemeenten dat algemeen belang summier hebben gemotiveerd. 'Dat veel gemeenten veel activiteiten toeschrijven aan het algemeen belang, betekent niet dat in die gevallen de wet juist wordt toegepast,' redeneert ze. Het zijn ondernemers die moeten zorgen voor het debat bij de gemeente en de besluiten ter beoordeling aan de rechter moeten voorleggen, zegt Litjens.

 

Misbruikt angst ondernemers

Maar klagen bij de ACM of de rechtbank: dat doen ondernemers niet snel. Dat komt niet alleen doordat de wetgeving nog betrekkelijk onbekend is, maar ook doordat ze er, weliswaar onterecht, geen heil in zien of zelfs bang zijn om opdrachten te verliezen. Niemand wil klokkenluider zijn. Want de overheid is niet alleen concurrent, zij vormt ook een bron van inkomsten. 'Zelf klagen, dat doen we echt niet', verzucht een aanbieder van veiligheidstrainingen. 'Ik zit er ontzettend mee in mijn maag dat overheden voor tarieven die niet kostendekkend zijn trainingen aanbieden aan het bedrijfsleven, maar diezelfde overheden zijn ook mijn klanten. Dat gaat gewoon niet.' Toch zouden ondernemers wél moeten klagen, via ACM of hun brancheorganisatie. Alleen zo kan er echt wat gedaan worden aan oneerlijke concurrentie. Ook als die niet strikt onder de Wet Markt en Overheid valt, is het goed om in kaart te brengen tegen welke problemen ondernemers opboksen als het gaat om overheidsconcurrentie.

 

Omgekeerde wereld

Toch profiteren ondernemers niet altijd direct als een gemeente besluit om de integrale kostprijs door te rekenen om zo eerlijk de concurrentie aan te gaan, blijkt uit het verhaal van Smids uit Midwolda. Toeristen kunnen straks de campingplaatsen van de gemeente huren voor de integrale kostprijs, want de gemeente besloot om de plekken niet onder het kopje algemeen belang te scharen. Voor Smids maakt dat niet uit. 'Al twintig jaar haal ik mijn bestaan uit mijn camping. Kostprijs of niet, hoe gaan ambtenaren straks controleren wat klanten doen op die plekken en of ze niet langer blijven staan? Terwijl ik er 24 uur per dag ben voor mijn gasten.' Daarnaast, zegt ze, is het oneigenlijke subsidie voor een aspirant-koper. Want de gemeente wil de haven volgend jaar privatiseren en verkopen. 'Ik steek mijn nek al twintig jaar uit, de gemeente investeert van mijn belastinggeld in kampeerplekken die er al zijn en gaat daar straks nog aan verdienen ook. Dat is echt de omgekeerde wereld.'

 

Wie stopt de gemeente?

Ook advocaat Jongmans merkt op dat ondernemers niet per se gelukkig worden van het doorrekenen van de kostprijs. 'Een commerciële partij moet niet alleen zijn kosten terugverdienen, maar ook winst maken. Daarnaast kunnen overheden goedkoop lenen waardoor hun financieringskosten vaak veel lager zijn. Als je echt een eerlijk speelveld wilt creëren, dan kijk je naar de kosten van de gemiddelde onderneming plus een marktconforme winstopslag.' Smids formuleert het graag nog stelliger: 'De gemeente moet faciliteren, wij moeten ondernemen. Kom nou zeg, waarom moet de overheid iets aanbieden wat de markt al heeft of zelf kan doen?'

 

Wat houdt de wet markt en overheid in?De Wet Markt en Overheid schrijft voor dat overheden die economische activiteiten ontplooien zich aan vier gedragsregels moeten houden. Deze zijn:Overheden moeten ten minste de integrale kosten van hun goederen of diensten in hun tarieven doorberekenen.Overheden mogen hun eigen overheidsbedrijven niet bevoordelen boven concurrerende bedrijven.Overheden mogen de gegevens waarover ze beschikken alleen hergebruiken voor andere, economische activiteiten als andere organisaties of bedrijven ook (onder dezelfde voorwaarden) over deze gegevens kunnen beschikken.Op het moment dat een overheid bij bepaalde economische activiteiten een bestuurlijke rol heeft en ook zelf die economische activiteiten uitvoert, dan mogen niet dezelfde personen betrokken zijn bij de bestuurlijke en economische activiteiten van die organisatie.

Hoog tijd voor evaluatie wet markt en overheidEindelijk is de wet er! En geldt ie ook voor 'oude gevallen'. Maar om te zorgen dat ondernemers en overheden echt gelijkwaardig zijn op de markt, zou de wet na evaluatie nog een stuk scherper kunnen. Zo zijn bijvoorbeeld openbare onderzoeksinstellingen en onderwijs uitgezonderd, net als de publieke omroep. Ook wordt te vaag gedefinieerd in de wet wat nou algemeen belang is, waardoor overheden relatief makkelijk recht kunnen praten wat in de praktijk wellicht krom is. Als een gemeente dan toch besluit om de kostprijs door te rekenen, is deze vaak veel lager dan de prijs die ondernemers moeten vragen om hun hoofd boven water te houden. Dat veel gemeenten ontzettend veel haast hebben moeten maken om de wetgeving - ondanks de ruime overgangsperiode van twee jaar - op tijd te implementeren, geeft ook aan dat in veel gevallen de markt niet optimaal onderzocht is. Gemeenten zouden juist terughoudend moeten zijn bij het betreden van een markt waar al ondernemers actief zijn. Tegelijkertijd lijkt de wet voor veel ondernemers ongrijpbaar, ook omdat inbesteden en staatssteun niet onder Markt en Overheid vallen.Maar: het zou flauw zijn om de wet nu de nek om te draaien. Iets is beter dan niets, nietwaar. Maar hoog tijd voor de evaluatie die pas voor 2015 op agenda staat, is het wel. Daarnaast moeten ondernemers die last hebben van oneerlijke concurrentie dat aangeven bij hun brancheorganisatie en gaan klagen de ACM, die handhaaft. Alleen zo wordt duidelijk welke concurrentie ondernemers ondervinden. En waar de grens voor gemeenten toch echt ligt.

Judith Katz
eindredacteur Forum
+31 70 3490 162