BOVAG is de brancheorganisatie van ondernemers die zich met mobiliteit bezighouden. Voorzitter Han ten Broeke vertelt.
Vertel eens over uw branche(vereniging).
‘BOVAG is meer dan autobedrijven. We vertegenwoordigen alles wat rijdt en rolt en wat dat mogelijk maakt: caravan- en fietsbedrijven, restaurateurs van klassieke auto’s, rijscholen, autowas- en schade- en herstelbedrijven, maar ook benzinestations en waterstofbedrijven. De veertien afdelingen zijn allemaal retailondernemers, behalve de trucks. We hebben ongeveer 8.000 leden, die samen goed zijn voor 95.000 arbeidsplaatsen en een omzet van ruim 100 miljard euro per jaar. Een substantiële factor in de Nederlandse economie.
Het bureau met een kleine honderd mensen zit in Bunnik, net als de uitvoeringsorganisaties. We helpen de leden met onder meer juridisch advies en cao’s. Het kroonjuweel van onze dienstverlening is de BOVAG-garantie. Daar zijn we trots en zuinig op. Daarnaast hebben we zelfs economische activiteiten zoals een eigen verzekeringsmaatschappij.’
Hoe lang bent u al voorzitter en wat is uw achtergrond?
‘Drie jaar. Ik kom niet uit de branche, maar mijn broer wel. De autogenen zitten zit wel in de familie. Mijn opa had al een schade- en herstelbedrijf. Ik hou vooral van de schoonheid van auto’s en van deze ondernemers. Mensen kennen me van de internationale politiek, maar als Tweede Kamerlid zette ik me ook in voor mobiliteit in mijn thuisbasis Twente.’
Welke actuele kwesties spelen er momenteel voor jullie?
‘Wij zijn een van de meest zichtbare branches van de energietransitie. De overgang naar elektrische mobiliteit vindt bij ons plaats op consumentenniveau. We verkeren in een ideale positie om met onze ondernemers voorop te lopen. Dat doen ze uit zichzelf al, omdat ze wendbaar moeten zijn om geld te verdienen. Maar de overheid zit ze voortdurend dwars. Die predikt schoon, maar denkt vooral aan de schatkist.
We hebben 9 miljoen auto’s in Nederland; in 2030 10 miljoen. Je moet dus iets met de beschikbare ruimte. Het logische antwoord is betalen naar gebruik, maar wel op een goede manier. In 2020 heb ik met BOVAG, RAI, VNA, de leaseauto’s, ANWB en Natuur & Milieu een maatschappelijke coalitie gevormd en samen een plan gemaakt. Dat pakt niet alleen spectaculair veel beter uit voor de betaalbaarheid van mobiliteit, ook deelmobiliteit en OV, maar ook voor de reductie van CO2-uitstoot. Voor dat plan zijn twee dingen nodig: realiteitsbesef bij politici dat het niet op een andere manier kan met een groeiend wagenpark. Dat ze er goed aan doen te luisteren naar de coalitie die er echt verstand van heeft. En de bereidheid om te zorgen dat ondernemers rendabel kunnen blijven opereren. Het mkb en grotere bedrijven zijn het zenuwstelsel van de Nederlandse economie. Dat moet je niet verdoven.’
En verder?
‘Op Europees niveau speelt de kwestie van de data. Van wie is de data in die door de auto en je rijgedrag verzameld wordt? Wij zeggen: van de consument. Dat is ook belangrijk voor de open markt. Maar er zijn ook stemmen in Europa die zeggen dat het van de fabrikant is. Het kan niet zo zijn dat je je data weggeeft naar Korea, China of Duitsland. De Europese Commissie staat aan onze kant. Maar we hebben ook de steun van de Nederlands regering nodig. Dat gaat gelukkig steeds beter.
Daarnaast hebben we ideeën over CO2-vrije stadslogistiek en het verbeteren van de rijschoolbranche. We helpen onze leden met het label BOVAG Energie ook om de overgang te maken naar laadpalen en zonnepanelen. En we zijn een speler aan het worden in energiemanagementsystemen. Eigenlijk bieden we ondersteuning bij alles wat het verdienmodel van onze ondernemers raakt.’
Wat zijn belangrijke lobbypunten?
‘Op bijna alle genoemde thema’s hebben we wel een agenda en een lobby. Soms samen met anderen, soms alleen. We brengen altijd veel kennis en inzichten over ondernemers in.’
Hoe ziet u de toekomst van de branche?
‘Die is heel gunstig. We moeten wel accepteren dat er consolidatie is door de internationalisatie. Dus het aantal leden kan afnemen. Maar ik zie ook wel mogelijkheden om onze grondslag te verbreden, vanwege nieuwe toetreders in een aantal markten, zoals bij de data. Tijdens Covid deden we in de traditionele brancheverenigingsrol goed werk door bijvoorbeeld rijscholen open te houden. Dat gaf een sterkere verbinding met leden. Aan leden die vooral kijken naar wat het lidmaatschap ze oplevert, kunnen we dat steeds beter laten zien. Bijvoorbeeld als onze juridische afdeling hun probleem oplost. Verder zijn veel transities te groot voor individuele ondernemingen. Daar helpen we ook bij. Soms alleen al door rapporten uit te brengen over trends. We moeten mee-moderniseren. Voor onze leden uitgaan, maar niet té ver. Daarom hebben we dit jaar onze koers herzien. Zolang wij een van de meest dynamische economische sectoren vertegenwoordigen en zelf dynamisch blijven, hoeven we ons geen zorgen te maken.’
Waarom zijn jullie lid van MKB-Nederland en VNO-NCW?
‘Omdat de meeste van onze leden mkb'ers zijn, zijn we sowieso lid van MKB-Nederland. Jacco is fan van BOVAG en wij van Jacco. En VNO-NCW in den brede vervult vooral een politieke rol. Wij proberen net zoveel bij te dragen aan VNO-NCW als zij bijdragen aan ons verhaal. Het ondernemersklimaat is er niet beter op geworden. We vinden het dus van groot belang dat VNO-NCW de belangen van werkgevers en ondernemers blijft behartigen en stimuleren. Ingrid doet dat dag in dag uit, dus we zijn ook fan van Ingrid.’
Met welke branchevoorzitter zou u weleens een dagje willen ruilen?
‘Ruilen met Arno Visser van Bouwend Nederland lijkt me leuk. Dat zijn natuurlijk ook politieke vrienden van me. Of met Boris van der Ham van de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland, om een keer in een maatschappelijke hoek te kijken.’
