1 SEP, 2025 • 2025-09-01T10:54:38+02:00 • [object Object]
Commissiedebat Arbeidsmigratie 11 september 2025
Geachte dames en heren,
Ten behoeve van de commissievergadering over arbeidsmigratie op 11 september a.s. brengen VNO-NCW en MKB-Nederland graag onderstaande punten onder uw aandacht.
In het kort:
We kunnen in dit land niet zonder arbeidsmigranten. Tegelijkertijd zien we (ook) als ondernemers dat er nog te vaak sprake is van misstanden en dat we arbeidsmigratie beter en meer gericht moeten organiseren. We werken binnen de Sociaal Economische Raad, de SER, aan een advies dat als doel heeft de vraag naar met name laagbetaalde arbeidsmigratie te beperken en situaties van uitbuiting en slechte arbeidsomstandigheden aan te pakken.
- Om de vraag naar laagbetaalde arbeid te drukken, is het zaak een productiviteitsoffensief te starten in sectoren met veel ongeschoolde en laaggeschoolde arbeidsmigranten.
- Er is strengere handhaving (en hardere straffen) nodig op misstanden/excessen. De inhoudingsmogelijkheid op het WML (wettelijk minimumloon) voor huisvesting moet behouden blijven. Afschaffing daarvan beperkt goede huisvesting voor arbeidsmigranten en ondermijnt effectieve handhaving daarop.
- Met gericht beleid vergroten we de grip op arbeidsmigratie en daarmee ook het maatschappelijk draagvlak.
- De huidige regeling voor kennismigranten is essentieel voor onze concurrentiepositie en verdienvermogen.
Nederland kan niet zonder arbeidsmigratie
Nederland heeft, net als de rest van Europa, te maken met aanhoudende kwalitatieve en kwantitatieve personeelstekorten. Onder andere in de zorg, techniek (verduurzaming), woningbouw en mobiliteit is de krapte nijpend. De stijgende vraag in sectoren als de zorg en defensie zorgt dat deze tekorten de komende jaren problematisch blijven. Arbeidsmigranten leveren in tal van sectoren al een voorname bijdrage aan de Nederlandse economie. De krapte moeten we op verschillende terreinen aanpakken: slimmer werken, arbeidsbesparende technologie, iedereen die kan werken naar werk begeleiden, opleiden voor tekortsectoren etc. Maar ook als die aanpak succesvol is, dan nog loopt ons land zonder arbeidsmigranten snel vast.
Het belang van arbeidsmigratie zal gezien onze vergrijzende beroepsbevolking de komende jaren alleen maar toenemen. Tegelijk is er discussie over het type werk waarvoor de arbeidsmigranten naar Nederland komen. Er ligt derhalve een enorme opgave om meer regie op de instroom van arbeidsmigranten te krijgen en de (negatieve) maatschappelijke impact van hun verblijf zoveel mogelijk te beperken. Werkgevers zelf hebben daarbij uiteraard ook een belangrijke rol.
Sociale partners zijn momenteel in de SER in overleg over aanbevelingen die als doel hebben om meer regie aan te brengen op laagbetaalde arbeidsmigratie en om uitbuiting en slechte arbeidsomstandigheden aan te pakken. Het is onze ambitie om dit SER-advies in het najaar te publiceren.
- Maak werk van een productiviteitsoffenseif in sectoren met veel laagbetaalde arbeidsmigranten
We kunnen en moeten sturen op de vraag naar laagbetaalde arbeidsmigratie via een productiviteitsoffensief in sectoren met veel ongeschoolde en laaggeschoolde arbeidsmigranten. Met de inzet van steeds betere, arbeidsbesparende technologie kunnen we de vraag naar arbeidsmigranten in specifieke sectoren beperken. Hiervoor staan sectoren en bedrijven in eerste instantie zelf aan de lat. In het mkb ontbreekt daarvoor vaak echter de kennis en ondersteuning, ook financieel.
Kansen zijn er ook om mensen uit diverse doelgroepen op de arbeidsmarkt, die nog niet werken, te helpen om de stap naar werk te maken. We denken dan aan actieve bemiddeling van mensen uit de bijstand, van statushouders en gedeeltelijk arbeidsongeschikten. Cruciaal is dan wel dat mensen die nog aan de kant staan goed in beeld worden gebracht bij werkgevers. Helder moet zijn wat deze mensen willen en kunnen en welke ondersteuning zij nodig hebben. Daar schort het nu aan.
Aanvullend zien we meerwaarde in afspraken met sectoren om knelpunten bij de adoptie van arbeidsbesparende technologie in beeld te brengen en publiek-private oplossingen aan te dragen.
- Afschaffen van de inhoudingsmogelijkheid op het loon voor huisvesting werkt averechts
Wij zien de impact die arbeidsmigratie op buurten en wijken kan hebben en dat misstanden met bijvoorbeeld arbeidsomstandigheden en huisvesting het beeld negatief beïnvloeden. Om het maatschappelijk draagvlak voor arbeidsmigratie te verbeteren is het een absolute must dat excessen – die er helaas nog steeds te veel zijn – hard worden aangepakt: betere handhaving en strengere straffen. We juichen dan ook toe dat het (demissionaire) heeft besloten de boetes voor uitbuiting aanzienlijk te verhogen. In juli hebben we ons verbonden aan de alliantie ‘Work in the Netherlands’ dat als doel heeft de dienstverlening aan arbeidsmigranten te verbeteren en de publiek- private samenwerking die daarvoor nodig is te verstevigen.
Wat niet helpt, is het kabinetsvoornemen om werkgevers te verbieden om loon voor huisvesting in te houden. Daarmee verdwijnen betalingen voor huisvesting uit zicht, wat het risico op misstanden vergroot. Hierdoor is er ook minder grip op handhaving. Hoewel we begrip hebben voor de intentie van het kabinet, pakt de gekozen route eerder averechts uit. Zonder flankerend beleid moet deze inhouding wat ons betreft niet worden afgebouwd.
Het zou goed zijn wanneer de demissionair minister wordt opgeroepen de mogelijkheid voor inhoudingen op het minimumloon (Wml) in stand te houden én vaart te (blijven) maken met de andere voorgenomen maatregelen om misstanden te voorkomen (Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten, wtta) en hard aan te pakken.
- Gericht beleid op arbeidsmigratie vergroot het maatschappelijk draagvlak
We zien kansen voor meer grip op arbeidsmigratie, waarmee ook het maatschappelijk draagvlak kan toenemen. Implementatie van het Europese voorstel voor een vacaturebank voor tekortberoepen (EU wil met een talentenpool profielen van werkzoekenden buiten de EU koppelen aan vacatures voor knelpuntberoepen) biedt kansen voor geschoolde arbeidsmigranten van buiten de EU. Daarbij horen ook heldere afspraken met duidelijke werkgeversverantwoordelijkheden. Wij vragen het demissionair kabinet om samen met ons te verkennen onder welke voorwaarden Nederland zou kunnen aansluiten bij dit Europese initiatief.
- De huidige regeling voor kennismigranten is essentieel voor onze concurrentiepositie en verdienvermogen
In 2024 waren er in Nederland zo’n 16.000 aanvragen voor de regeling voor kennismigranten; een fractie van het totaal aantal arbeidsmigranten. De regeling waarmee bedrijven talent van buiten de EU kunnen aantrekken, is essentieel voor ons verdienvermogen en onze concurrentiepositie. Alle ons omringende landen hebben soortgelijke regelingen. De huidige regeling is zeer toegankelijk, ook voor kleine bedrijven en start-ups. Wij delen de analyse van de demissionair minister dat eventuele fraude moet worden aangepakt, maar maken ons wel zorgen dat aanvullende maatregelen de toegankelijkheid van de regeling aanzienlijk beperken. We zijn derhalve voorstander van eerder door dit kabinet aangekondigde maatregelen die vermeend misbruik van deze regeling aanpakken, maar zien geen ruimte voor aanvullende aanpassingen die de toegankelijkheid van de regeling voor kennismigranten aanzienlijk beperkt.
Wij blijven ook na het commissiedebat van 11 september graag beschikbaar om onze voorstellen en ideeën nader met u te bespreken.
Met vriendelijke groet,
Willemien Bosch
Directeur Divisie Beleid