Wat is de impact op je leven als je als ondernemer grote schulden hebt? Hoe pak je dat stap voor stap aan, en hoe krijg je de praktische hulp die je nodig hebt? Tina Storteboom: ‘Deel je sores, anders stik je.’
Ze zit er nog middenin, in de grote deiningen die de sluiting van haar lingeriewinkel met zich meebracht. Oud-ondernemer Tina Storteboom trok een half jaar geleden noodgedwongen de stekker uit haar zaak in het Friese Drachten. 'Mijn basis is verdwenen', vertelt Storteboom. 'Alles is weg.' Niet alleen haar bedrijf, dat ze twaalf jaar runde. Maar ook haar privéwoning, waarin ze 21 jaar gelukkig woonde met haar man en drie kinderen. Met het geld van de verkoop betaalde ze haar financiële verplichtingen. 'Ik moest wel. Ik had geen keus.'
Nu woont ze met haar gezin tijdelijk in een huurhuis, waarin ze via een klant terechtkwam. Ze zit op hete kolen, want ze moeten er per 31 mei weer uit. 'Probeer maar een woning te vinden in tijden van woningtekort. We stonden op de urgentielijst bij een woningcorporatie. Maar dan nog staan er 80 mensen vóór je in de rij.'
‘Mijn kinderen zijn bang dat ze in een caravan belanden’
Er zit stress in haar lijf en er heerst spanning thuis. 'Mijn kinderen zijn onrustig. We weten nog niet weten waar we gaan wonen. Ze zijn bang dat we straks in een caravan belanden. Of dat ze vanwege een andere woonplaats naar een andere school moeten. Mensen kijken naar je auto, naar je uiterlijk, maar je ziet niks aan de buitenkant. Je ziet niet hoe iemand aan het verdrinken is.'
Een goed lopende zaak en ineens zit de klad erin
In 2009 straalde de toekomst de ondernemer tegemoet. Storteboom, die jarenlang als secretaresse werkte in de zorg, zag haar droom realiteit worden toen ze een eigen winkel opende in mode en lingerie. In goede jaren zette ze 500.000 euro om. De winkel groeide uit haar jasje en in 2016 verhuisde ze naar een pand van 140 vierkante meter. Maar zo’n drie jaar later begonnen haar cijfers te kelderen. 'Waarom? Ik vind het lastig de vinger daarop te leggen. Was mijn zaak wel geschikt voor Drachten? Dat soort vragen spoken door je hoofd. Maar uiteindelijk denk ik dat de concurrentie van online winkels het ons het moeilijkst heeft gemaakt.'
Er kwam minder geld binnen. 'De intrede van corona in ons land heeft me een laatste duw gegeven. Ineens stond alles stil. Er liep niemand meer door de winkelstraat.' Tijdens de eerste lockdown vorig jaar had Storteboom een omzetverlies van 95 procent. Ondertussen liepen haar vaste lasten door. Ze kon de maandelijkse winkelhuur van 4.150 euro niet meer betalen. Ze bouwde schulden op bij haar leveranciers, bij de belastingdienst. De steun van de overheid was een druppel op de gloeiende plaat.
In een poging haar zaak overeind te houden, klopte ze bij banken aan om een lening te krijgen. 'Bij elk gesprek dacht ik: het gaat me lukken het terug te betalen.' Maar de banken durfden het niet aan. Uiteindelijk kreeg ze een lening bij een particuliere instelling tegen een rente van 10 procent. 'Ja, wat kan ik daarover zeggen? Een kat in het nauw maakt rare sprongen.' Ook dat geld raakte op. Tegen het eind van 2020 had ze schulden uitstaan van in totaal 160.000 euro. De ondernemer stond met haar rug tegen de muur en zag maar één oplossing: haar privéhuis verkopen. 'Dat was afschuwelijk. Maar we hadden het geld nodig. Ik zag geen andere uitweg meer.'
Medewerkers ontslaan, het was shocking
Misschien vond ze zelf nog wel het meest shocking dat ze afscheid moest nemen van haar drie medewerkers. 'Anders zou ik failliet gaan.' Storteboom riep ze bijeen in de zaak. 'Ik hoopte op empathie bij mijn personeel, maar die was er niet. Ik heb geboortes meegemaakt, verhuizingen, ik zag ze bijna als vriendinnen. Bij dat laatste stukje waren ze er niet.' Ook niet toen ze vertelde zelf haar huis te moeten verkopen om uit de problemen te komen. En dan moest ze ook nog een transitievergoeding betalen. 'Waarvan dan, vroeg ik ze. Alles wat ik had, dreigde weg te vallen. 'Dat is het risico dat je loopt als je ondernemer bent', werd er tegen me gezegd. Dat was heel pijnlijk.'
Uiteindelijk wilde Storteboom geen juridisch gevecht. Ze sloot een vaststellingsovereenkomst met haar medewerkers, betaalde de transitievergoedingen. Maar zuur vindt ze het wel. 'Personeel krijgt een vergoeding mee, ook in coronatijd. Voor ondernemers is er weinig hulp of meelevendheid voor hun omstandigheden.'
Haar geluk is geweest dat ze een eigen woning hadden, zegt ze nu. 'Die bleek een flinke overwaarde te hebben. Dat was onze redding. Daarmee hebben we uiteindelijk alle restschuld betaald. Ik wilde kost wat kost voorkomen dat ik failliet zou worden verklaard. Je komt in een lange en ingewikkelde faillissementsprocedure. Je kunt nooit meer een lening of hypotheek afsluiten in de toekomst. Schuldeisers kunnen je jaren achtervolgen, als er geen inkomsten meer zijn en geen curator kan worden betaald. Dat is het me allemaal niet waard.'
Hulp van de gemeente kwam, maar was veel te traag
Voor hulp klopte Storteboom aan bij de gemeente. 'Ik heb ze het probleem uitgelegd: ik heb schulden, ik ga mijn huis verkopen, maar ik wil niet failliet gaan: wat moeten we doen? Ze verwezen mij door naar de schuldhulpverlening. Die zou alle financiële zaken overnemen en er werd een urgentieverklaring bij de woningbouwvereniging voor mij geregeld.'
Hulp van de gemeente bij schuldenEr is een verschil tussen de gemeentelijke schuldhulpverlening en schuldsanering. De gemeente helpt ondernemers bij het oplossen van hun schulden, door bijvoorbeeld afspraken te maken met de schuldeisers. Lukt dat niet, dan kom je als ondernemer in een wettelijk traject terecht via de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp) oftewel: schuldsanering. Gemeenten kunnen daarin streng zijn: eerst uitschrijven bij de Kamer van Koophandel en dan verder zien. VNO-NCW en MKB-Nederland vinden dat de inkomsten uit ondernemerschap kunnen worden meegerekend in het saneringstraject. Daardoor wordt de kans op een oplossing groter en het helpt ondernemers met hun langetermijnwelzijn. Soms hebben gemeenten niet de capaciteit of kennis om ondernemers te helpen bij schulden. Kijk daarom ook eens op Geldfit Zakelijk (onderdeel van de Nederlandse Schuldhulproute NSR).
De opluchting was van korte duur. Storteboom’s contactpersoon ging na drie weken weg, een jurist kwam in de plaats. Die had minder feeling met het ondernemersbestaan. 'Ze zei: we gaan eerst jouw loon bepalen en kijken wat er maandelijks overblijft, en daarmee betalen we je schulden af. Ik probeerde haar steeds duidelijk te maken dat er geen loon kon worden bepaald, omdat ik geen omzet meer had. Ondertussen blééf ik herinneringen en aanmaningen krijgen. Daar word je zenuwachtig van, hoor.' Ze zag zo weinig vooruitgang dat ze zelf maar een financierings- en administratiekantoor in de arm nam. 'Uiteindelijk heeft dat kantoor alle contracten bekeken en onderhandelingen voor me gedaan.'