Meer liefde voor de maakindustrie is broodnodig in onzekere wereld

Stuur ons een bericht


We proberen binnen 2 werkdagen te reageren.
Verder gelden deze spelregels.
Annuleren
? Contact
25-10-2023

‘We hebben als Nederland een sterke maakindustrie die essentieel is voor ons toekomstige verdienvermogen, voor onze geopolitieke onafhankelijkheid en voor het oplossen van grote maatschappelijke vraagstukken zoals het klimaatprobleem. Tegelijkertijd staan de investeringen van de maakindustrie in Nederland door een stapeling van beleidsmaatregelen en de hoge energieprijzen in toenemende mate onder druk. Meer liefde voor de maakindustrie is komende jaren dan ook op zijn plaats.’ Dat zei Ingrid Thijssen, voorzitter van VNO-NCW, vandaag bij het Grote Industriegesprek in de Pulchri Studio waar diverse politieke kopstukken voor de verkiezingen met elkaar in gesprek gaan over de toekomst van de maakindustrie inNederland. 

 

In navolging van een recent TNO-rapport wees Thijssen op het belang van de industrie voor onze samenleving. ‘Van onze bakstenen, voeding, tot medicijnen en isolatiemateriaal. De industrie zorgt voor onze dagelijkse behoeften en alles wat nodig is voor de energietransitie en de oplossingen van morgen. De industrie is daarbij verantwoordelijk voor zo’n 20% van onze economie en 1,9 miljoen banen. Nederland verdient bovendien meer dan 30% van haar welvaart door zaken te doen met het buitenland. De industrie neemt daarbij meer dan 56% van onze export voor zijn rekening. Bovendien investeert de sector het meest in innovatie,’ aldus Thijssen. 

 

Nadruk vaak op de nadelen

In haar bijdrage wees Thijssen op een aantal zorgwekkende signalen. Zo is het rendement op investeringen hier inmiddels aanzienlijk lager dan elders in de EU en in de VS. Ook vindt zo’n 60% van de Nederlandse ondernemers dat het ondernemingsklimaat de afgelopen 5 jaar is verslechterd en 30% vindt ons land niet langer aantrekkelijk om te investeren. Ondertussen telt Nederland in tegenstelling tot de landen om ons heen inmiddels meer uitgaande dan inkomende investeringen. In het politieke debat ligt de nadruk verder vaak alleen nog op de nadelen van de maakindustrie waardoor er steeds vaker voorstellen komen die er in praktijk toe leiden dat maakbedrijven het nog moeilijker krijgen. Zoals belastingen die er in theorie toe leiden dat bedrijven van het gas af gaan, terwijl dat in de praktijk niet kan omdat ze niet op het elektriciteitsnet terecht kunnen.

 

 

Werken aan de economie van morgen

Volgens Thijssen heeft Nederland nog een goede uitgangspositie, maar is het hoog tijd dat we ons beter realiseren hoe belangrijk de maakindustrie is voor ons verdienvermogen, onze geopolitieke positie in de wereld en voor nieuwe oplossingen voor de vraagstukken van deze tijd. 

Belangrijk is volgens de VNO-NCW voorzitter dat we nu vol doorgaan met de vergroening van de industrie met o.a. de maatwerkafspraken, het programma verduurzaming Industrie (NPVI) en het oplossen van netcongestie. 

 

 

Verder is het volgens haar belangrijk om een aantal dreigende maatregelen af te wenden. ‘Tal van landen hebben bijvoorbeeld succesvolle Nederlandse maatregelen als de Innovatiebox, de WBSO, de 30%-regeling inmiddels gekopieerd. Het is cruciaal -als we aantrekkelijk willen blijven als innovatieland- dat we die niet lichtzinnig overboord zetten zonder de consequenties onder ogen te zien. Daarnaast is het belangrijk dat we de komende jaren extra blijven investeren in onderzoek en innovatie en dat het Nationale Groeifonds beschikbaar blijft voor technologie en wetenschap. 

 

 

Meer weten?

Lees ook dit eerdere opinie artikel van Ingrid Thijssen over de maakindustrie: ’Hoe we omgaan met de maakindustrie is zorgelijk’ | De Kwestie | Telegraaf.nl