In de samenleving leven in toenemende mate zorgen over het klimaatprobleem. En terecht. MKB-Nederland en VNO-NCW delen die grote zorgen. Op allerlei vlakken wordt door burgers en bedrijven gewerkt aan een klimaatneutrale toekomst. In het kader van het klimaatbeleid wordt daarbij ook vaak gesproken over het afschaffen van ‘fossiele subsidies’. In de praktijk gaat dan om het afschaffen van bestaande belastingkortingen en –vrijstellingen voor het gebruik van fossiele energie of grondstoffen.
'Fossiele subsidies', daar moeten we uiteindelijk vanaf
Ja, we moeten uiteindelijk af van deze kortingen en vrijstellingen in het proces naar een klimaatneutrale economie. Het goede nieuws is dat de maakindustrie niet stilstaat en er al hoge prijsprikkels en verplichtingen zijn. Die zorgen ervoor dat het klimaatdoel in 2030 van tenminste 55 procent gehaald kan worden. Zo gaat het Europese CO2-plafond elk jaar naar beneden en de CO2-prijs omhoog. Hierdoor gaan de emissies dalen. Nederland heeft daar als enige land nog een eigen en hogere nationale CO2-heffing bovenop gezet.
Nu is het van belang dat we uitvoeren uitvoeren, uitvoeren
Om het klimaatdoel te kunnen halen, moet nu vooral gezorgd worden dat de uitvoering gerealiseerd wordt. Door het beschikbaar maken van voldoende duurzame energie tegen concurrerende prijzen, het aanleggen van de energie-infrastructuur en het afgeven van vergunningen.
Schaf fossiele subsidies niet alleen in Nederland af
Schaf je fossiele subsidies alleen in Nederland af, dan gaan fabrieken hier minder produceren en die buiten ons land meer, met vaak méér CO2-uitstoot. Nederland zal veel noodzakelijke producten vervolgens gaan importeren. Daar schiet het klimaat dus niks mee op, terwijl de banen hier verdwijnen. Ook kunnen er effecten optreden op de prijzen van producten. Dus ja, we moeten belastingkortingen en -vrijstellingen voor fossiele energie en grondstoffen gaan afbouwen. Willen we echt impact maken en zorgen dat de CO2-uitstoot daalt, dan zijn internationale afspraken nodig – liefst mondiaal, maar op zijn minst in Europa. Ook kan het alleen geleidelijk omdat vaak de duurzame alternatieven ontbreken en bijvoorbeeld ons elektriciteitsnet nog niet is aangepast. Dat heeft prioriteit. Ook belangrijk is om te zorgen dat producten die met fossiele ‘subsidies’ gemaakt zijn niet zomaar de EU-markt opkomen, maar we werken met een grensbescherming. Zo voorkomen we dat CO2 en banen worden verplaatst naar buiten Nederland.
