Betalingsverkeer moet haalbaar en betaalbaar zijn voor ondernemer én consument

Voor ondernemers met een toonbank is betalingsverkeer een belangrijk onderdeel van hun infrastructuur. Voor hen is het belangrijk dat ze veilig en betaalbaar chartaal geld kunnen afstorten en opnemen. Daarnaast moet het mogelijk zijn transactiekosten inzichtelijk te maken voor de consument als het gaat om ‘surcharging’ (extra bijdrage voor bepaalde betalingsmodaliteiten), waardoor betalingsmiddelen die efficiënter zijn zoals debet kaarten of contant geld kunnen worden gestimuleerd. 

Uitzonderingen voor een verplichte acceptatie van cash in de winkelstraat 

Zowel in Europa als in Nederland wordt momenteel gewerkt aan wetgeving met betrekking tot de verlichte acceptatie van contant geld. In Nederland vond in 2023 80% van de transacties plaats via pinbetalingen, en in gemiddeld 97% van de winkels wordt contant geld geaccepteerd. Volgens een onderzoek van Panteia uit 2020, blijkt dat de kosten voor een contante betaling aan de toonbank in 2020 maar liefst € 0,49 per transactie waren, terwijl een pinbetaling in hetzelfde jaar € 0,17 per transactie kostte. Als de verplichte acceptatie van contant geld wordt ingevoerd, is het essentieel om de kosten voor het opnemen en afstorten te beperken door een maximering. Bovendien moeten er uitzonderingen worden gemaakt voor onbemande situaties, zoals tankstations, oplaadpunten voor elektrische auto's en verkoopautomaten. Er moet ook overwegen worden of het verplicht stellen van contant geld gepast is in situaties waar overvallen vaak voorkomen of waar contante betalingen onevenredige kosten met zich meebrengen. 

Een algeheel verbod op surcharging creëert barrières voor nieuwe marktdeelnemers 

Een tweede wetgeving die in april in het Europees Parlement is aangenomen en later dit jaar wordt onderhandeld tussen de verschillende Europese instituties, gaat voornamelijk over betalingen, data en het verbeteren van de veiligheid van consumenten (PSR/ PSD3). Een belangrijk onderdeel van deze richtlijn voor ondernemers betreft een verbod op surcharging, geïntroduceerd door het Europees Parlement. Dit betreft het idee dat ondernemers niet aan een consument mogen voorstellen om een bepaalde betalingsmethode te gebruiken, waardoor ondernemers vaak verplicht zijn duurdere betaalmiddelen te accepteren. Het wegnemen van dit verbod zal ervoor zorgen dat ondernemers de kosten van betaalmiddelen inzichtelijker kunnen maken voor de consument, waardoor ze een meer kost-efficiënt middel kunnen kiezen.